1 t/m 27 september 2024; van Padang naarSabang
Door: Rixta
Blijf op de hoogte en volg Rixta
27 September 2024 | Indonesië, Sabang
Bezoek
Vrienden die naar Indonesie op vakantie gaan maken een detour om ons te bezoeken. Als zelf fervente zeilers varen ze een paar dagen mee naar Pulau Telos. De weersvoorspellingen zeggen hier weinig. Opnieuw hebben we te maken met zowel zon, regen, windstiltes, harde tegenwind met onweer en alles er tussenin. Voor ieder is het zowel genieten als afzien door de hitte. Vanaf Telo Town zoeken zij weer hun eigen weg, herstellen wij allebei van een griepje en hoppen erna naar het noorden van eiland Nias. We krijgen het ritme van het kusthoppen niet echt te pakken omdat de afstanden vaak net te groot zijn om met slechts een enkele dagtocht te halen. Steeds als we gewend zijn aan wachtlopen in de nacht kunnen we plots weer een nacht doorslapen op een ankerplaats. Mijn slaapritme komt in een soort continue gevoel van jetlag. Doe mij maar een lange oceaanoversteek.
Tegenslag
In dit gebied lijkt nog heftiger te gelden: of geen wind, of harde tegenwind met hoosbuien. We willen dit weersgebied uit varen door een heel eind de oceaan op te gaan naar het noordwesten om daar de ‘als het goed is’ waaiende zuidwester passaatwind op te gaan pakken. De weersvoorspelling ziet er relatief goed uit. Op één of andere manier blijven we het weerbericht tegen beter weten in toch maar binnenhalen. Het voorspelt weinig regen en inderdaad zoals gebruikelijk bij de evenaar veel windstilte. Opnieuw is het overdag prima te doen. In de nacht echter worden we bijna letterlijk terug naar af geblazen. Precies uit de richting die we op willen komen hoosbuien met ditmaal zelfs 8 BFT wind die uren aanhoudt en een flinke deining opbouwt omdat de oceaan hier diep is. Er zit weinig anders op dan ruime wind wegvaren voor dit natuurgeweld. Onze zuurverdiende mijlen naar het westen en noorden zijn we in een paar uurtjes nagenoeg kwijt. In de ochtend zijn we na 24 uur hemelsbreed slechts 30 mijl opgeschoten vanaf ons beginpunt. Zodra de wind in de vroege ochtend langzaam afneemt zet ik vol goede moed alle zeilen weer voluit bij. Als alles eenmaal staat en ik denk met een lekker briesje te kunnen varen, valt bij volledige zonsopkomst de wind weer eens totaal weg. Hmpf. Dit werkt dus niet echt. Maar wat dan wel? We besluiten dan toch maar de beschutting van het volgende eiland op te gaan zoeken, helaas ligt ook dat doel inmiddels pal tegen de wind in. We ploeteren en puzzelen.
Storm
Met de ene storm net achter de kiezen, de volgende storm volgens de berichten over een paar dagen in aantocht en tussendoor de windstiltes, besluiten we naar Sinabang op het eiland Simeulue te gaan om extra eten en diesel in te slaan. Dit gaat dus allemaal een stuk langer duren dan we dachten. We hebben over het eiland in geen gids wat kunnen vinden en de zeilers-apps zwijgen hierover in alle talen, maar we zien dat er een ferry aanmeert dus dat moet toch goed kunnen komen.
We ankeren nabij de ferrypier. Vol goede moed vertrekken we met wat jerrycans naar het ‘stadje’. De grote armoede hier valt direct op. Het is er modderig en vervallen. Een vriendelijke man in een winkel probeert ons te helpen om aan diesel te komen. Na vele telefoontjes met ‘vriendjes’ en informatie in gebroken Engels wordt duidelijk dat er waarschijnlijk geen diesel is op het eiland en dat de ‘vriend’ niks illegaals wil doen. We leggen uit dat we volkomen legaal hier zijn. We begrijpen vervolgens dat er iets speelt met ‘de autoriteiten niet in de wielen willen rijden’. Het blijft wat vaag, maar blijkbaar ligt het gevoelig.
Tijdens het vele wachten is Eddy soms op pad met deze meneer en ben ik af en toe alleen met een groep jonge kinderen en de 10 nog lege jerrycans op de bouwvallige kade. Het verschil met hoe verlegen en respectvol de jongens zijn als de man die ons helpt in de buurt is en de houding die een aantal van de ongeveer 8 tot 10-jarigen aanneemt als hij weg is, lijkt op het verschil tussen dag en nacht. Plots gaan de armen over elkaar, kijken zeker 3 van de jongens mij erg vuil aan en eisen ze ‘money’. Grapjes maken of geld aan hèn vragen als toneelspel heeft geen enkel effect op die vuile blikken. Hoewel ik gekleed ben in lange broek en lange mouwen, roept dat duidelijk geen respect op. Omdat ik nog wel even een tijdje alleen met ze zal zijn leg ik dan maar in het vloeiend Nederlands uit dat het zo niet werkt met geld en dat je er wat voor moet doen of voor moet werken. Ik klets door met ferme toon, welliswaar ook lachend, en fantaseer hardop over wat voor beroepen ze hier later zouden kunnen gaan doen (visser worden vooral? Of een beroemde voetballer?). Het doorpraten heeft in elk geval het effect dat ze wat in verwarring zijn en proberen te volgen wat er gebeurt. Ik richt me erna op de wel leuke jongens, waarbij we dingen die we zien aanwijzen en ik de Nederlandse en zij Indonesische naam noemen. Tussendoor grijp ik in waar er jongens de bijboot inklimmen of met een jerrycan op pad willen gaan. In koor herhalen ze met zijn allen mijn ‘no’. Ook als Eddy weer terug is neemt het respect niet toe.
Plots komt er een rubberen bootje met 5 autoriteitsfiguren aan. Het blijkt de ‘maritime navy’ en de ‘douana’. Of zo noemen ze zichzelf in elk geval. Terug op de boot blijken vooral zij een enorme hulp. Slechts 1 van hen lijkt alle papieren te snappen. Een ander bekijkt uitgebreid vele bladzijden uit ons voor hem onleesbare Nederlandse logboek. Toch interessant en iets wat we niet eerder meemaakten. Gelukkig vindt men dat alles in orde is. Via hen kunnen we overigens wel diesel kopen, die zowaar aan boord wordt afgeleverd. We krijgen iets minder liters dan besteld omdat er op het eiland te weinig diesel is. Het is een relatief prijzige deal, maar we zijn al lang blij dát we diesel hebben. De volgende dag blijkt dat ze uit de ton of tankwagen tot en met het onderste litertje diesel geschraapt hebben, waarbij de laatste 2 jerrycans die ze vulden flink met zand (?) vervuilde diesel bevatten. De rest valt gelukkig wel enigszins mee. Nog nooit waren we zo blij met ons losse dieselfilter. Voor de zekerheid filteren we alle diesel in totaal 2 keer. Het residu is flink zanderig en zwart. Slik. Nu dus maar hopen dat het gaat werken. Maar ach, we hebben geen keus.
Na een ruime halve dag dieselfilteren tussen regenbuien door gaan we naar het stadje omdat we inmiddels nog onvoldoende eten hebben. Een aantal producten die mij nou juist goed houdbaar en bewaarbaar leken, blijken niet te verkrijgbaar ondanks vele winkeltjes. Gist voor brood kennen ze hier niet, blikjes tonijn/groente of fruit zijn niet verkrijgbaar en zelfs boter of jam is er niet. Gelukkig kunnen we op de markt wel wat bananen, appels, eieren en enkele groentes krijgen.
Eenmaal weer op pad willen we voor de aankomende storm ergens schuilen. Aan het einde van de nacht hebben we opnieuw met hoosbuien en bijbehorende harde wind te maken, wat het bereiken van een goede ankerplek bemoeilijkt. Net op tijd lukt het ons een meer op te varen. Het blijkt op veel plekken te diep, maar diep landinwaarts bij een riviermonding tussen de mangrove met erachter het oerwoud lukt het wel. Het is er gelukkig enorm beschut. En tsja, of we merken hier weinig van de storm, of hij blaast ergens anders, of hij is misschien niet gekomen. We halen toch maar weer een nieuw weerbericht binnen, voor ‘je weet maar nooit’?
Sabang, eiland Weh, laatste plaats die we in Indonesië aandoen
De 3 dagen erna treffen we vrijwel totale windstilte, maar minder regen en eindelijk eens geen onweer. We zeilen waar we kunnen met in totaal wel 5 uurtjes de motor uit. Dus is het eerlijker te zeggen dat we in 3 dagen naar Sabang motoren. Dat is de plek waar we gaan uitklaren. In een diep donkere nacht steken we de Raya passage door ten noorden van Sumatra, beschreven als beruchte doorgang met veel stroming en mogelijk brekende golven. Alle zintuigen staan op scherp. We blijken alles goed berekend te hebben, hebben stroom mee en glijden door de ‘nauwe’ doorgang. Daarna hebben we met windkracht 4 BFT het zeil op, maar worden we door de stroom kompleet zijwaarts weggezet het zeegat uit naar de oceaan. Heel apart. Bij het ochtendgloren komen we aan in Sabang. Het anker gaat de grond in en wij vallen in een comateuze slaap.
De volgende dag gaan we aan land. Met iedere stap voel ik me ontdooien en lichter worden, nog zonder iemand gesproken te hebben. Hoe zit dat? Nu pas voel ik hoe bedrukt ik was geraakt na ons vissersincident met aansluitend enkele malen ronduit disrespectvol en vanuit machtswellust benaderd te zijn door een handvol (vrouw)onvriendelijke mensen. Daarbij helpt mijn doembeeld dat vanuit het extreem islamitische geloof ongelovigen gezien mogen worden als iemand die je mag doden en dat vrouwen zonder hoofddoek hoeren zijn natuurlijk niet mee. Naast het vragen om geld, werd ik soms compleet genegeerd en tweemaal jennend uitgelachen en de rug toegekeerd. Het was maar een paar keer, maar uitsluiting het hakt er blijkbaar bij mij flink in. Waarin zit ‘m het verschil? Wat is er hier op palau Weh anders?
Ook hier schallen 3 moskeeën tegelijk en zijn de meeste vrouwen flink bedekt gekleed. Maar onder de doeken zie ik blije gezichten, verwelkomend. De gebouwen zijn hier wat rijker, de mensen meer van diverse afkomst. Eén vrouw in een winkeltje vraagt of ze met mij op de foto mag. We hebben samen lol. De vrouw bij de groentekraam maakt grapjes in contact met zowel Eddy als mij. De religie is hier minder overheersend dan op niet-toeristische eilanden ten westen van Sumatra. Het wantrouwen is uit de ogen verdwenen. Ik word niet uitgelachen. Ik ben niet meer alleen maar een dollar. De armoede is minder modderig en schrijnend. Ik voel wederzijdse ontmoeting en nieuwsgierigheid.
Ik ken geen anderen die dit soort ervaringen over Indonesië vertellen. Is het mijn (over?) gevoeligheid? Tegelijk herkent Eddy dat het voor hem net zo goed zeer ongemakkelijk voelt om echt straal genegeerd te worden in een winkel. Culturele verschillen zijn boeiend en soms dus ook erg ingewikkeld. Ik puzzel nog even door. Eigenlijk is Indonesië een puzzelland. Puzzelen op het weer en puzzelen over de betekenis van wat ze doen en zeggen.
-
27 September 2024 - 10:44
Justine Van Lawick:
Dank weer voor dit verslag met voorspoed en tegenslag, al dan niet welkom zijn, stormachtig weer, ik hoop dat jullie de laatste weken nog veel moois beleven en dat het weer een beetje meewerkt, liefs, Justine
-
27 September 2024 - 14:06
Eline Rezai:
Wat een ervaringen en indrukken. Ook wel vermoeiend wel! Op naar wat meer luchtigheid en hartelijkheid, en mooi weer natuurlijk! Leuk van jullie te horen!
-
28 September 2024 - 16:48
Aleid:
Wat intresssant, Rik, jouw interactie met die groep jongens zeg, knap gedaan hoor, met humor en geduld! liefs,aleid
-
28 September 2024 - 20:45
Jantien:
Het was zo gaaf even mee te mogen liften in jullie wereld!! Dank jullie wel [e-1f618]
Geniet nog even van de mooie dingen!!
-
28 September 2024 - 21:09
Welmoed:
lieve Rixta en Eddy,
Fijn om weer een verslag te lezen, hopelijk zit de komende tijd het weer en de mensen mee.
Mooi zeil weer en vriendelijke mensen. Goede reis terug naar Nederland
lieve groeten, Welmoed
-
29 September 2024 - 10:25
Gerard:
Redelijk dodelijke cocktail vrees ik: orthodoxie en armoede. Maar gelukkig zijn jullie eraan voorbij. Op mijn verjaardag eergisteren - face timend -zagen jullie er in ieder geval weer vrolijk uit. Ik hoorde al eerder droevige verhalen over Sumatra.
Voorspoedig laatste traject hoop ik (beetje wind, droog en zonnige perioden zegt mijn wichelroede).
En terwijl jij - Eddy -vandaag jouw verjaardag viert is het hier gelukkig wee rmooi weer na veel regen de afgelopen dagen. En wordt hier in Haarlem de halve marathon gelopen.
Lieve groeten, ook van Melitta,
Gerard
-
29 September 2024 - 16:27
Chris En Joke:
Lieve Eddy en Rixta,
Eddy eerst maar even een fijne verjaardag gewenst wellicht met wat zelfgestookte alcohol. Jammer dat het zo moeizaam zeilen is in deze (voorlopige) slotacte. Van hier uit zou ik wat stabieler weer verwachten in die tropische streek. Weer erg genoten van het prachtige reisverslag. Overigens was Atjeh, waar jullie vlakbij zijn, bij mijn grootvader (en vele andere koloniale nederlanders) berucht vanwege de opstandige bevolking (hij heeft nog de "pacificatie" meegemaakt). Misschien hebben de jongens nog wat verzetsbloed in de aderen..
Hier zijn we druk bezig met verbouwen van ons nieuwe appartement (en het proberen te verkopen van ons huidige huis). Vergt veel energie.
Nog een fijne afsluitende periode in Indonesië en tot gauw!
Lieve groet,
-
29 September 2024 - 22:48
Paula:
Hai Rixta, wat een beangstige ervaring met die jongens en wat knap opgelost. Gelukkig nu in vriendelijker vaarwater. Ik hoop dat jullie een goed en vriendelijk laatste stukje van de reis meemaken.
Groetjes
Paula
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley